Blijven de dure farmadeals geheim?

McCormick http://seanmccormick.design/ (via wikipedia)

Sinds 2014 maakte de overheid afspraken met de farmaceutische industrie om “nieuwe, innovatieve medicijnen” aan lagere tarieven dan de offciele aan te kopen en die via de scociale zekerheid goedkoop ter beschikking te stellen aan de patienten. De prijsafspraken worden geheim gehouden en onlangs dienden sp.a en N-VA een wetsvoorstel in om de akkoorden te laten beoordelen door het rekenhof.  Het ziet er naar uit dat het voorstel afgezwakt wordt en alleen zal toegepast worden op nieuwe akkoorden.
De PVDA  trok in 2018 al aan de alarmbel omdat de kost voor de overheid aan het ontsporen is. De vermindering die de overheid krijgt is beperkt tot maximum 25% zegt Sofie Merckx van PVDA.  Meckx meldt dat de 118 geneesmiddelen die ter beschikking gesteld worden via de deals nu al bijna een derde van de kost alle terugbetaling door de sociale zekerheid vertegenwoordigen.

Ook sp.a en N-VA zien het probleem en deden een wetsvoorstel om de transparatie te verhogen.  Het sp.a / N-VA wetsvoorstel zorgt nog altijd niet voor echt, direct, parlementair toezicht, alleen voor een kwalitatieve beoordeling door het rekenhof.  Merckx: “Toen is de lobbymachine van de farmaceutische industrie in gang geschoten en nu ligt een amendement op tafel waardoor het wetsvoorstel enkel van toepassing zou zijn op nieuwe akkoorden. Dat is een complete uitholling van het idee achter het wetsvoorstel want we willen onderzoeken wat er aan de hand is met de huidige deals. Het is verbazingwekken dat zowel sp.a als N-VA gezegd hebben eventueel akkoord te gaan met de inperking. De toekomstige contracten zijn ook relevant, maar de 181 deals die volledig geheim zouden blijven vertegenwoordigen jaarlijks een kost van meer dan een miljard euro en zijn dus belangrijk.”
“De amendering komt er nadat een advies gevraagd werd aan de Raad van State door partijen die tegen het wetsvoorstel waren. Die procedure loopt nog.”
 

ISVAG-dosser. Sp.a: "We hebben alle vertrouwen"

foto: RC

Na het gesprek over de Antwerpse wapentrafiek naar Saoedie Arabië vagen we aan Yasmine  Kherbach waarom sp.a van houding veranderde in verband met de bouw van een nieuwe ISVAG afvalverbrandingsoven.
Begin oktober diende ISVAG opnieuw een vergunningsaanvraag in voor een nieuwe over terwijl er sedert juli een onderzoek naar alternatieven loopt.  In het verleden was sp.a kritisch (zie presentatie van sp.a over het ISVAG-project) maar tijdens  de gemeenteraad stemde sp.a een motie weg die vroeg om te wachten met het starten van de vergunningsprocedure voor de oven  tot de resultaten van de alternatievenstudie bekend zijn.

 
Net zoals schepen Fons Duchateau tijdens de gemeenteraad probeert Kherbache de logica om te draaien door  verkeerdelijk te stellen dat de motie de bouw van de ISVAG oven zou onmogelijk maken.  We merken op dat het stadsbestuur net door het verwerpen van de motie de toestemming krijgt om de procedure voor de bouw van de ISVAG oven te starten nog voor het duidelijk is dat er geen betere alternatieven zijn:  “Wij lezen het anders, we hebben alle vertrouwen.”

ISVAG afvalverbrandingsoven: Meent men het met de alternatievenstudie?


Intercommunale ISVAG wil  een nieuwe, grotere, verbrandingsgoven  bouwen in Wilrijk. In   februari werd de vergunningsaanvraag geweigerd waarna het Antwerps stadsbestuur een studie naar alternatieven voor het project opstartte. Begin oktober diende ISVAG echter de vergunningsaanvraag opnieuw in.
Op de Antwerpse gemeenteraad lag drie weken later een motie op tafel die het stadsbestuur vraagt om het ISVAG dossier niet verder te behandelen tot de resultaten van de alternatievenstudie bekend zijn. De motie werd verworpen door de meerderheid met steun van CD&V. Het Antwerps college is gehaast  om het dossier van tafel te krijgen en geeft met het wegstemmen van de motie  aan dat ze een voorkeur heeft voor het ISVAG-project. De buren in Aartselaar zijn niet enthousiast over de demarche van ISVAG en spreken over ‘paniek’.  We bellen Tony Van Rompaye van de MINA-raad vaan Aartselaar.

De intercommunale ISVAG, waarvan de Stad Antwerpen de belangrijkste aandeelhouder is, wil graag een nieuwe verbrandingsover bouwen om 40.000 ton afval extra kan verbranden.  Het gaat over een project van 170 miljoen €. De vergunningsaanvraag voor de verbrandingsoven werd in februari door de minister van leefmilieu geweigerd. In juli had het stadsbestuur een alternatievenstudie opgestart via een ‘Request For Information’ (RFI), maar nog voor de resultaten van de studie bekend zijn  kondigt ISVAG op 3 oktober aan dat ze een nieuwe  vergunningsaanvraag voor de verbrandingsoven indient.
Op de gemeenteraad van 21 oktober stelde de oppositie vragen bij de vergunningsaanvraag van ISVAG die het alternatievenonderzoek van de stad doorkruist. Er lag ook een motie ter stemming om de vergunningsaanvraag van ISVAG niet te behandelen zolang de resultaten van de alternatievenstudie niet bekend zijn. De motie werd door de (N-VA, VLD, sp.a) meerderheid en CD&V in de Antwerpse gemeenteraad weggestemd. Schepen Fons Duchateau vroeg om demotie te verwerpen omdat “de stad beide opties openhoudt” (nieuwe oven enerzijds versus alternatief anderzijds, nvdr). “We gaan geen stappen zetten die één van de opties zou kunnen bemoeilijken.”
“Een onlogische houding”, aldus Tony Van Rompaye van de MINA-raad van Aartselaar. “Het zou logisch geweest zijn om te Continue reading “ISVAG afvalverbrandingsoven: Meent men het met de alternatievenstudie?”

De Sleutelrol van de Windmolenparken op Zee in de Energiemix

De 3 zuidelijke Alpha-Ventus-windmolens /transformator , 2009, Bron: https://commons.wikimedia.org/wiki/User:SteKrueBe

Door de dalende kost is het economisch rendabel potentieel aan elektriciteitsproductie uit windmolen parken op zee enorm, zegt Jan Vande Putte van Greenpeace.

“Alle windmolenparken op de noordzee samen kunnen twaalf maal  het Belgisch stroomverbruik leveren.”

“Er is een potentieel van 200 GigaWatt (GW)  aan capaciteit in de Noordzee alleen. Dat is voldoende om  12 maal het verbruik van België te leveren. Windmolens op zee draaien meer uren dan molens op land en leveren een redelijk constante elektriciteitsproductie. Er zijn uitvoerige simulaties gebeurd op basis van de weerpatronen van de afgelopen 30 jaar en daaruit blijkt dat je een stabiele levering krijgt als je de windmolen parken van de het oostelijk en westelijk deel (van de Noordzee) met elkaar verbindt. Dus door de parken te verbinden is er een elektriciteitsproductie die stabieler en betrouwbaarder is dan de stroom uit onze kenrcentrales.  Door de koppeling met de Noorse waterkracht te koppelen kan de levering van de windmolenparken verder gestabiliseerd worden.”

Dat koppelingvan de verschillende windmolenparken noodzakelijk is toont de variabiliteit van de Belgische zeewindstroom dat geografisch geconcentreerd zit op de Thorntonbank.

Productie Belgische windmolenparken op zee

Jan Vande Putte: “Voor alle Europese zeeën samen is er  450 GigaWatt (GW) aan windcapaciteit. Behalve op de Noorzee is er vooral verder in het noorden  veel potentieel. Ierland, de Atlantische oceaan, Baltische zee. ”

“Er is geen gebrek aan geld om de windmolenparken op zee te bouwen zonder subsidies.”

“België heeft maar een beperkt stukje kust en de planning voorziet nu al om windmolenparken aan te leggen in de beschikbare ruimte. Het moet alleen nog uitgevoerd worden. Eind volgend jaar zal de windmolenparkcapaciteit gestegen zijn van 1,5 GW naar 2,3 GW.  De goedkeuring voor de aanleg van een tweede zone is al gegeven (via ruimtelijke planning in 2018, nvdr). De bijkomende capaciteit van die zone is nog eens 2,0 GW en de verwachting is dat ze tegen 2026 zal operationeel zijn. Dus zal in 2026 ongeveer 4,3 GW aan windmolenparken staan in de Belgische territoriale wateren.  De biedingen voor de consessies op de tweede zone moeten nog gebeuren maar er zijn voldoende geinteresseerden.  Er is geen gebrek aan geld om dergelijke windmolenparken te bouwen zonder subsidies. Het enige dat vertraging zou kunnen opleveren is het elektriciteitsnet op land dat moet aangepast zijn maar daar is Elia mee bezig.  Het West-Vlaams elektriciteitsnet moet in ieder geval aangepast worden en men kan van de gelegenheid gebruik maken om er de windmolenparken op aan te sluiten. ” Continue reading “De Sleutelrol van de Windmolenparken op Zee in de Energiemix”

The Ethylene Oxide (ETO) crisis in Illinois USA: State and Local Political Elites plus Corporate Power = Man-made environmental disaster

From our correspondent in Chicago, Derek Monroe:
The issue of lllinois (IL, USA) ethylene oxide (ETO) emissions that harm my neighbors is neither new or local. This problem represents a generational capture of our government and our political classes by the corporate interests. In case of Illinois it is an indictment of the Democratic Party that ruled the state for decades under the longest serving leader of legislative body  in the nation and it chose to do absolutely nothing about it.
The fact that despite numerous worldwide studies done on the subject matter proving ETO’s harm and  there  is still no official  regulatory number that will allow IL and Federal EPA to act and crackdown on this environmental damage speaks for itself. The issue goes beyond the local politics of our elected officials receiving political donations from industrial lobbyists or holding a political PR stunts one year before the elections as was the case in the College of Lake County (CLC) this week. Ultimately it is about the sociopathy of our society that allow regular people to be rolled over while projecting an image of freedom and democracy for all.  Actually the system is turned against us. According to the independent legal analysis provided by Greensfelder Law Firm the IL EPA permitting and licensing process that legalize the pathology of pollution is used against the very same victims seeking justice in courts. The process of victimization continues beyond the air we breathe as it goes into our court system and corporate legal structures allowing polluters to escape real financial penalties  and ultimately justice.

Continue reading “The Ethylene Oxide (ETO) crisis in Illinois USA: State and Local Political Elites plus Corporate Power = Man-made environmental disaster”

Foekoesjima: Niemand schuldig

Op 19 september oordeelde een rechter in Tokio dat drie directeurs van uitbater Tepco geen verantwoordelijkheid dragen voor de nucleaire ramp na de tsoenami in  Foekoesjima van maart 2011.

De rechter stelt dat de leiding van het bedrijf de vloedgolf die de ramp veroorzaakte niet kon voorzien.   “Onbegrijpelijk”, vindt onze correspondent Derek Monroe. “De leiding van Tepco was in in twee rapporten gewaarschuwd dat de kustbescherming niet voldeed.”
Monroe ziet in de uitspraak een voorbeeld van hoe Japan een ‘zaibatsoe‘ economie is  waarin het beleid bepaald wordt door de grote conglomeraten die vooral een lage stroomfactuur willen.
De Japan Times meldt dat 10.000 burgers in totaal 30 rechtzaken tegen Tepco hadden aangespannen. Andere regionale rechtbanken oordeelden, in burgerlijke rechtzaken, dat Tepco de ramp had kunnen voorzien en voorkomen. De vrijspraak door Tokio gebeurde in het kader van een strafrechterlijke zaak waar de individuen, niet de firma, beoordeeld werden.
De aanklagers stelden in hun klacht dat de directeurs aanwezig geweest waren op vergaderingen waar ze door experts gewaarschuwd werden dat de ramp kon gebeuren en dat die kon voorkomen worden door bijkomende maatregels. Volgens de directeurs waren ze dat oorspronkelijk ook van plan maar deden ze uiteindelijk niets omdat ze dachten dat ze de regering ende  lokale bevolking niet zouden kunnen overtuigen van de noodzaak van het verhogen van de dijkmuren. Na de uitspraak zei de aanklager dat de rechters teveel de pro-nucleaire houding van de regering volgden en beklaagde hij er zich over dat de overheid geen sluitende veiligheidsgaranties vraagt aan de uitbaters.

Link: Artikel van Derek Monroe uit 2015  over de Foekoesjima-ramp

Hoe de volgende Pia's redden? Sofie Merckx (PVDA) over prijszetting medicijnen

McCormick http://seanmccormick.design/ (via wikipedia)

De afgelopen week werd het lokaal nieuws overheerst door het geval van SMA-patientje Pia dat gered zou kunnen worden dankzij een nieuw maar zeer duur geneesmiddel dat eigendom is van farmareus Novartis. Nadat de 1,9 miljoen € voor het reddend spuitje overwacht snel opgehaald werd kwam een einde aan het mediacircus.
Kan het fundamenteel debat rond de prijszetting  van de nieuwe geneesmiddelen nu beginnen?
We belden met Sofie Merckx van PVDA. Zij en Dirk Van Duppen ijveren al lang voor de betaalbaarheid van geneesmiddelen in het algemeen en vinden de huidige aanpak door de regering niet de goede.

“Het gaat er voor Novartis alleen om hoeveel de samenleving haar wil geven om levens te redden.”


Sofie Merckx: “De ontwikkeling van Zolgensma is gebeurd in Frankrijk, voor een deel met overheidsgeld en ook met geld van liefdadigheid.         Novarts heeft het bedrijf dat Zolgensma ontwikkeld heeft overgekocht en enkel de laatste fase van het onderzoek gefinancierd maar helemaal niet het fundamenteel onderzoek. Dat is dus grotendeels met publiek geld betaald. Er is geen link tussen de door Novartis gevraagde prijs en de onderzoeks- en Continue reading “Hoe de volgende Pia's redden? Sofie Merckx (PVDA) over prijszetting medicijnen”

Gemeenteraadsdebat Cruiseschepen: feiten, larie en framing

foto: RC

Op de laatste gemeenteraad voor het zomerreces beantwoordde het stadbestuur de kritiek die er kwam op de voorkeursbehandeling van, en de miljoenensubsidies voor, de cruiseschepen. Een deel van de kritiek werd weerlegd maar de fundamentele vragen blijven onbeantwoord. We overlopen de repliek van het stadsbestuur.

De keuze van het stadsbestuur voor de cruisesector veroorzaakt deining: De steun via brandstofsubsidies, gratis beveiliging, vrijstelling van taksen op aanmeren  en als klap op de vuurpijl de bouw van een  cruiseterminal van tien miljoen euro met publieke middelen contrasteert met de verstrenging van de  lage emissiezone (LEZ) voor automobilisten. De LEZ levert de stadskas jaarlijks miljoenen op. Bovendien komt de steun op een moment dat blijkt dat de cruisesector zeer milieubelastend is. De oppositie was dan ook niet mals voor het stadsbestuur. We overlopen de repliek van de meerderheid op de kritiek dat er met twee maten en gewichten gewogen wordt als het over luchtvervuiling in Antwerpen gaat.
Als eerste aan het woord kwam Kevin Vereecken van N-VA. Vereecken heeft de gewoonte zich als gemeenteraadslid  niet te richten naar het stadsbestuur maar naar de oppositie. Ook hier…

Kevin Vereecken: “De cruiseschepen die in Antwerpen aanleggen gebruiken geen zware stookolie maar gewone diesel”

Dit klopt grotendeels maar stellen dat het om gewone diesel gaat  is niet correct.
De zware stookolie van de intercontinentale oceaanstomers bestaat hoofdzakelijk uit de zwaarste fractie van aardolie die maximaal 3,5% zwavel mag bevatten, een limiet  die  in het kader van de Intenationale Maritieme Organisatie (IMO, een VN orgaan) werd opgelegd en die op 1 januari 2020 naar 0,5% zal gaan. Binnen Europa geldt al  een strengere norm van 1,5%. Bovendien werden de Noordzee- en Baltische havens in 2011 gedefinieerd als ‘Sulphur Emission Contol Area’, SECA,  waar nog strengere normen van kracht zijn. Daar geldt sinds 2015 een zwavellimiet van 0.1%.
Aangezien het aanbod van laagzwavelige residuele stookolie om technische redenen beperkt is, is het gebruik van lichtere aardoliefracties nodig om onder de SECA- limiet te blijven. De cruiseschepen die aan de Antwerpse kaaien liggen verstoken dus inderdaad een lichter brandstofmensel dan tankers en containerschepen die oceanen doorkruisen.  Dat lichter mengsel wordt dan als de door Vereecken vermelde ‘Marine Gasoil’ (MGO) gedefinieerd. Sommige Marine Gasoil vertoont  kenmerken die sterk gelijken op die van diesel. Toch kunnen ook zwaardere petroleumfracties (vacuum distillaten) gebruikt worden, zoals bijvoorbeeld gespecifieerd op de site van Exxon. In het beste geval heeft de door de cruiseschepen gebruikte brandstof een kwaliteit die te vergelijken is met de diesels van minstens vijfentwintig jaar geleden. De zwavellimiet op diesel staat tegenwoordig op 10ppm, die op MGO ligt met 0,1% of 1000 ppm toch nog altijd 100 maal hoger dan diesel.
En zelfs al moesten de schepen op ‘gewone diesel’ varen, dan nog is de framing door Vereecken misleidend. De brandstof mag dan veelal de karakteristieken tonen van diesel (maar dan met een hoger zwavelgehalte), de motoren zijn niet te vergelijken met die van de moderne auto’s. Per liter verbruikte brandstof is de uitstoot aan fijn stof,  stikstof- en zwaveloxides van een cruiseship, ook in het centrum van Antwerpen, jawel,  veel hoger dan van een moderne dieselauto.

Kevin Vereecken: “De cruiseindustrie investeert al jaren in de ontwikkeling van technologie  om de uitstoot te verminderen. Vorig jaar alleen al twee miljard”

Momenteel is er inderdaad een rush aan de Continue reading “Gemeenteraadsdebat Cruiseschepen: feiten, larie en framing”

Nationaal Klimaatplan: graag wat minder koterijen, meer overleg en meer resultaat

Op de valreep dienden onze overheden op oudejaar 2018 een ontwerp van het Nationaal Energie-Klimaatplan (NEKP) in bij Europa. Dat plan zou moeten beschrijven wat Vlaanderen, Brussel, Wallonië en de nationale overheid zullen doen om de met de andere Europese staten overeengekomen klimaatdoelstellingen voor 2030 te halen.
Recentelijk werden  er adviezen afgeleverd  op het plan door de Europese Commissie en verschillende lokale middenveldinstanties (patronaat, vakbonden, milieuorganisaties…).
Allemaal komen ze tot dezelfde conclusie: ons ‘Geïntegreerd Nationaal Energie- en Klimaatplan’ is allesbehalve geïntegreerd maar een bundeling van vier verschillende plannen die niet op elkaar zijn afgestemd. Inhoudelijk is het oordeel dat de overeengekomen doelstellingen in verband met reductie van CO2 uitstoot en gebruik van hernieuwbare energie niet zullen gehaald worden.
Jan Mertens van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling (FRDO) geeft toelichting bij het ingediend ontwerp.
“De regeringen schuiven zaken voor zich uit en komen niet tot een akkoord. Het is gewoon een objectief feit dat bijvoorbeeld Duitsland verder staat dan Belgie met zijn energiebeleid.”
“De complexiteit van het Belgisch model mag niet gebruikt worden om niets te doen. Het probleem is dat sommige spelers op de rem staan en gewoon niet voldoende ver willen gaan.”
Tegen ten laatste 31 december moet een definitief plan ingeleverd worden.  Pas in december 2015 bereikten de gewesten een  akkoord over het te voeren beleid tot 2020, drie jaar te laat.
Alhoewel er nog enkele elementen van het klimaatbeleid, zoals NMBS en biobrandstoffen, op Belgisch niveau zitten wordt het klimaatbeleid grotendeels bepaald door de gewesten volgens een confederaal overlegmodel, zonder Belgische stiefmoeder.
Continue reading “Nationaal Klimaatplan: graag wat minder koterijen, meer overleg en meer resultaat”

Het Uur van de Strijd #1: Willem-Frederik Schiltz (Open VLD)

Willem-Frederik Schiltz staat derde op de lijst van Open VLD voor de Vlaamse parlementsverkiezingen op 26 mei, een strijdplaats.
Met zijn pleidooi voor een ambitieus klimaatbeleid is hij een buitenbeentje binnen de huidige meerderheid. “Er worden goed maatregels genomen en er is veel vooruitgang geboekt de afgelopen jaren, maar het is zeker nog niet goed genoeg.”
Zijn partij blokkeerde op nationaal niveau onlangs de Klimaatwet  die voor een consistenter beleid op lange  termijn moest zorgen. Schiltz pleit wel voor een Klimaatbegroting op Vlaams niveau waardoor een  voorafgaande evaluatie van klimaatmaatregels zou gebeuren.  Hij is niet te spreken de blokkering door  N-VA van de Belgische  deelname aan de High Ambition Coalition met de buurlanden.
Over de toekomst van de Antwerpse haven als CO2 neutrale industriële cluster die nu jaarlijks 15 miljoen ton CO2 uitstoot: “Dat zal één van de hardste noten zijn om te kraken. Niemand wil dat die industrie die voor een belangrijk deel van onze welvaart zorgt verdwijnt. Een lange-termijn startegie voor een overschakeling van een fossiele basis naar een bio-basis  is nodig. Innovatie en technologie schieten ons hier ter hulp. Zefregulering zal echter niet volstaan en we moeten eraan denken om de subsidies die we nu geven  te heroriënteren in het kader van die transitie.”