CETA goedgekeurd, maar niet helemaal


Het CETA-verdrag werd deze week door het Europees parlement goedgekeurd.
’t Is te zeggen, grotendeels goedgekeurd, want de nationale en gewestelijke parlementen moeten wel  allemaal nog over de omstreden arbitrage-clausule stemmen.
Een gesprek met Bart Staes (Groen) over het dereguleringsverdrag en over voor en tegenstanders. Opvallend is de verdeeldheid onder de euroskeptici.

CETA wordt begin april van kracht, behalve wat nationale en regionale verantwoordelijkheid is. En dan gaat het vooral over de arbitrageclausule. Die laat toe dat buitenlandse bedrijven (deel)staten voor een supranationale rechtbank dagen als ze vinden dat wetten of acties hun private belangen schaden. Die ICS of ISDS clausule zal maar van kracht worden als álle parlementen die goedkeuren. Bovendien zou het ICS-systeem door de Belgische regering moeten voorgelegd worden aan het Europees hof van justitie die moet oordelen of het arbitrage-systeem wel voldoet aan de Europese wetgeving verantwoordelijkheid.
Bart Staes heeft geen probleem met de klassieke vrijhandelselementen van CETA,  de  vermindering van importtarieven en andere heffingen, maar hij gaat niet akkoord met de zogenaamde Regelgevende Samenwerking. Die stelt dat voorstellen van richtlijnenen en verordeningen eerst geëvalueerd zouden worden door ambtenaren.
Staes: “Het probleem is dat er alleen een evaluatie wordt gedaan over de impact op groei, investeringen, handel. Niet over de impact op het milieu, de duurzaamheid, het sociaal beleid, Continue reading “CETA goedgekeurd, maar niet helemaal”